Ondernemers kunnen met de Tijdelijke Noodmaatregel Overbrugging voor Werkgelegenheid (NOW) een groot deel van hun loonkosten vergoed krijgen als ze verwachten ten minste 20% omzet te verliezen. Vanaf 1 januari 2021 moet sprake zijn van een omzetverlies van ten minste 30%.
Vanaf maart tot en met september zijn de NOW1 en NOW2 van kracht geweest. Per 1 oktober 2020 geldt NOW3. Deze bestaat uit 3 tijdvakken van 3 maanden, tot 1 juli 2021. De NOW3-steun over 9 maanden kent een geleidelijke afbouw van vergoedingspercentages: van 80%, naar 70%, naar 60%. NOW3 is onderdeel van een omvangrijk steun en herstelpakket waarin het kabinet ook geld beschikbaar stelt voor scholing van-werk-naar-werk.
Het doel van de regeling blijft het ondersteunen van werk en inkomen, maar het wordt ook belangrijk dat bedrijven en werknemers zich aanpassen aan de huidige economische situatie. Met de stapsgewijze afbouw van de tegemoetkoming aan bedrijven voor loondoorbetaling, komt er ruimte voor werkgevers om de loonsom te laten dalen zonder dat dit ten koste gaat van de subsidie. Het voorschot blijft 80% en wordt uitgekeerd in drie termijnen. De subsidie van alle drie de tijdvakken wordt gebaseerd op de loonsom van juni 2020.
Tijdvakken NOW3
De NOW regeling is met ingang van 1 oktober verlengd met 9 maanden tot 1 juli 2021. De NOW3 kent drie tijdvakken:
1 (3e tranche) : van 1 oktober 2020 tot 1 januari 2021
2 (4e tranche) : van 1 januari tot 1 april 2021
3 (5e tranche) : van 1 april tot 1 juli 2021
Tijdvak NOW-3 | Vereist omzetverlies | Max. vergoeding loonsom | Ruimte daling loon | Max. vergoeding per werknemer* |
1 oktober t/m 31 december 2020 | 20% | 80% | 10% | € 9.961 |
1 januari t/m 31 maart 2021 | 30% | 70% | 15% | € 9.961 |
1 april t/m 30 juni 2021 | 30% | 60% | 20% | € 4.845 |
Voor elk tijdvak kan een werkgever besluiten om wel of geen aanvraag te doen. Ook als een werkgever geen aanspraak heeft gemaakt op de NOW 1 of 2, kan de werkgever gebruik maken van de NOW 3. NOW3.1 kan vanaf 16 november tot en met 13 december worden aangevraagd en voorziet in tegemoetkoming op de loonkosten vanaf 1 oktober tot 1 januari 2021.
Voorwaarden NOW3
Voor de berekening van de omzetdaling wordt voor alle drie de tijdvakken een vergelijk gemaakt met de omzet van 2019. Hier wordt aan vastgehouden omdat de omzet van dat jaar nog niet is vertekend als gevolg van de coronacrisis. De omzetdaling moet tenminste 20% zijn en per 1 januari 2021 zelfs 30%.
De inspanningsverplichting voor scholing blijft gelden.
Daarnaast geldt voor NOW3 een nieuwe inspanningsverplichting voor begeleiding van werk-naar-werk. De werkgever heeft de verplichting zich in te spannen om bij te dragen aan de begeleiding naar ander werk voor werknemers van wie de arbeidsovereenkomst tijdens de subsidieperiode eindigt of van wie hij in die periode het voornemen heeft de arbeidsovereenkomst te beëindigen of niet voort te zetten. Het gaat hierbij om alle mogelijkheden waarop de arbeidsovereenkomst kan eindigen, behalve pensionering.
Ook voor NOW3 geldt het dividend- en bonusverbod. In het eerste tijdvak van NOW3 geldt dit verbod voor 2020, maar in het tweede en derde tijdvak van NOW3 geldt het verbod voor 2021. Voor de reikwijdte van het dividend- en bonusverbod wordt hetzelfde onderscheid gemaakt als in NOW2 tussen subsidie op concernniveau en op werkmaatschappijniveau.